Bij ‘zingen’ komt meer kijken dan alleen het hebben van een mooie stem. Wat je met die stem doet, hoe je de stem gebruikt is van belang. Zo kan iemand met een mooie stem die toch heel slecht gebruiken en kan omgekeerd iemand met een veel minder mooie stem juist mooi zingen door goed stemgebruik en een degelijke techniek.
Als je een instrument wil leren spelen moet je veel oefenen maar het instrument zelf is al gebouwd, dat hoef je niet te doen. Een onderdeel van een muziekinstrument is een klankkast, hiermee wordt het geluid van het instrument versterkt. Hoe mooi het instrument klinkt wordt (naast de kwaliteit van het instrument) bepaald door degene die er op speelt.
Wij zangers zijn ons eigen instrument! En ‘adem’ is onze motor! We moeten er voor zorgen dat ons lichaam, als klankkast van ons instrument, onze stem zo optimaal mogelijk kan laten klinken. We moeten proberen met adem onze stem te dragen, te steunen als het ware. Want dan kan ons lichaam het werk doen zodat de keel ontlast wordt en het strottenhoofd vrij kan blijven.
Wie kent niet het verschijnsel ‘aangezongen’ of hees uit een koorrepetitie te komen. Wanneer het lichaam moe is en niet instaat om de adem te activeren, zal alles op de keel en het strottenhoofd aankomen. Men zal snel op kracht gaan zingen en zo forceren.
Als je dus moe en/of niet fit bent krijg je veel sneller last van je stem dan wanneer je voor het zingen even een goede warming-up doet of bijvoorbeeld net hebt gesport!